De aardlekbeveiliging van zonnestroominstallaties

Op een zonnige dag kan een zonnestroominstallatie veel energie produceren. Met behulp van kabels transporteert deze energie naar de omvormer, transformator en eventueel het stroomnet. Zoals dat met grote stromen energie gaat, ligt er altijd een klein gevaar op de loer. Het is dan ook belangrijk om de energiestromen goed te beveiligen. Hiervoor wordt vaak een aardlekschakelaar gebruikt. Hoe dit precies werk? Lees je in dit artikel.

Wat is een aardlekbeveiliging?

Je kent het vast wel. Je loopt nietsvermoedend door je huis, drukt op een lichtknop en ontdekt dat de stroom er plots af ligt. In de meterkast zie je dat de aardlekschakelaar naar beneden staat. Zodra je de schakelaar omhoog drukt, doet de stroom het weer. Soms voor even, omdat de oorzaak voor het uitschakelen nog steeds het stroomnet verstoort. 

Het principe dat hierachter werkzaam is, noemen we de ‘aardlekbeveiliging’. Deze beveiliging reageert wanneer er sprake is van van lekstroom. Dit betekent dat ergens in het stroomnet stroom weglekt. Dit kan tal van oorzaken hebben. Een kapotte waterkoker, iemand die zijn vinger in het stopcontact steekt of een kortsluiting in de bedrading. Ga zo maar door. 

Deze lekstroom ontdekt de beveiliging door de uitgaande en inkomende stroom te meten en vergelijken. Als het verschil tussen beiden te groot is (vaak wordt gekozen voor een verschil van 30 mA), wordt de beveiliging geactiveerd. De elektriciteit gaat van de kabel af. Hieronder een illustratie van dit proces:

aardlek 1024x288

Zonnestroominstallaties en NEN-normen

Met een zonnestroominstallatie komt er een flink ‘apparaat’ bij in de stroomkring. En dit apparaat is ook nog eens anders van aard. In plaats van dat het stroom gebruikt, levert het apparaat stroom. Hiermee vraagt een zonnestroominstallatie om een andere beveiliging dan de ‘normale’ elektrische apparaten in huis. Toch zijn de NEN 1010-normen, de Nederlandse veiligheidsnormen voor laagspanningsinstallaties, niet eenduidig over de beveiliging van zonnestroominstallaties. Dit heeft twee redenen.

Ten eerste komen omvormers in allerlei soorten en maten. Dit maakt het opstellen van een universele beveiligingsnorm onmogelijk. Ten tweede gelden de NEN-normen voor aardlekschakelaars alleen voor eindgroepen die niet vast zijn aangesloten. Denk daarbij aan stroomkringen met televisies, koffiezetapparaten en opladers. Niet voor vaste eindgroepen, zoals zonnestroominstallaties.

Aardlekbeveiliging van zonnestroominstallaties

Toch is het verstandig om je zonnestroominstallatie extra te beveiligen. Hoewel omvormers vaak al een interne aardlekschakelaars hebben, kan het geen kwaad om de bekabeling extra te beveiligen. Dit doen installateurs door de omvormer achter een losse aardlekbeveiliging te plaatsen. De grootte van deze aardlekbeveiliging is vaak groter dan de ‘normale’ beveiligingen. Bij extreme weersomstandigheden kan de lekstroom van zonnestroominstallaties groter zijn dan 30 mA. De meeste installateurs kiezen dan ook voor een aparte aardlekschakelaar van 100 mA. Zo valt de stroom niet telkens weg.

Welke beveiligingen geschikt zijn voor jouw zonnestroominstallatie? Bij Zonnestroom Nederland weten we dat precies, dankzij onze jarenlange ervaring. Meer weten? Vraag vrijblijvend een adviesrapport op maat aan.

ebook verzekeren zakelijke zonnepanelen

Download gratis e-book ‘Het verzekeren van zakelijke zonnepanelen’

check Alles over het verzekeren van zakelijke zonnepanelen

check Uitleg over SCIOS Scope 12

check Uitgebreid stappenplan voor de veilige realisatie van een zonnestroominstallatie